- GENERATIE V -



- Politiek leefde deze generatie tijdens het 2e stadhouderloze tijdperk.

- Cultureel was zij tijdgenoot van o.a. de dichter Hubert Cornelisz Poot en de schrijver Justus van Effen.

- Economisch drukten de lasten in het begin van de 18e eeuw steeds zwaarder, boeren moesten zich in de schulden steken of zagen zich zelfs gedwongen hun land aan de overheid af te staan.
De jaren'40 waren zeer slecht voor de Westfriese lanbouw: het klimaat werd natter, er waren muizenplagen en van 1744 tot 1754 woedde de veepest die aan bijna de helft van alle runderen het leven kostte.
Nauwelijks de helft van alle geborenen haalde het 20e levensjaar.



Snel naar: Simon Pietersz Coop - Claas Dirksz Lieves - Pieter Jacobsz Coop



- Tak A -


V.A.a. SIMON PIETERSZ COOP

Wonend te Oosterblokker bij de watermolens

Zoon van Pieter Simonsz Coop (zie IV.A.d.)
Geboren te Wognum vóór 1675
Overleden te Hoorn in maart 1710 (ca. 40 jr.)
Begraven te Oosterblokker op 20 maart 1710

Gehuwd (1) te Sijbekarspel op 23 januari 1695 met:
Marij Pieters Kruijs
Overleden te Hoorn in september 1708

Gehuwd (2) met:
Dieuwertje Pieters
Overleden te Hoorn tussen 1709 en 1726

Kinderen uit het eerste huwelijk:

1. Pieter
Begraven te Westwoud op 27 januari 1698

2. Liuwtje Simons Coop
Gehuwd met:
Jacob Cornelisz Groot
Wonend te Wervershoof

3. Marij Simons Coop
Geboren te Oosterblokker ca. 1700
Begraven te Westwoud op 15 oktober 1732 (ca. 32 jr.)
Gehuwd te Westwoud op 30 januari 1724 met:
Cornelis Jansz Kunst
Geboren en wonend te Oosterblokker
Hertrouwd in 1735 met Anna Pieters

4. Kniertje
Gedoopt (RK) te Hoorn op 20 februari 1704
Begraven te Westwoud op 31 juli 1705 (1 jr.)

Uit het tweede huwelijk:

5. Aafje Simons Coop
Gedoopt (RK) te Hoorn op 22 oktober 1709
Overleden te Westwoud in augustus 1748 (ca. 38 jr.)
Gehuwd (1) te Westwoud op 21 juni 1733 met:
Dirk Claasz Swemmer
Weduwnaar uit Oosterblokker
Uit dit huwelijk: 2 dochters.
Gehuwd (2) te Westwoud op 22 januari 1736 met:
Arien Pietersz Bennis alias Swemmer
Overleden te Westwoud in 1787
Uit dit huwelijk: 7 dochters.

(meer hierover in de kwartierstaat Ooijevaar)




- Tak B -


V.B.a. CLAAS DIRKSZ STRUIJVER alias LIEVES

Veehouder en landbouwer aan de Lagedijk te Wervershoof

Zoon van Dirk Claesz Struijver en Marij Pieters Laen (zie IV.B.b.)
Gedoopt te Wervershoof op 13 april 1699
Begraven aldaar op 8 augustus 1736 (37 jr.)

Gehuwd aldaar op 26 december 1721 met:
Lijsbeth Pieters
Jongedochter uit Wervershoof
Hertrouwd op 15 april 1738 met Jan Remmentsz
Begraven aldaar op 14 november 1741

Kinderen uit dit huwelijk:

1. Petrus
Gedoopt te Wervershoof op 7 september 1722

2. Anna
Gedoopt te Wervershoof op 14 februari 1725
Overleden vóór augustus 1727

3. Anna (Antje)
Gedoopt te Wervershoof op 12 augustus 1727
Overleden aldaar op 11 november 1797 (70 jr)
Gehuwd aldaar op 25 januari 1750 met:
Jacob Claasz Laan alias Coopman
(geen familie van Marij Pieters Laen)
Begraven te Wervershoof op 15 januari 1778
Uit dit huwelijk: tenminste 1 dochter

4. Maria
Gedoopt te Wervershoof op 17 november 1728

5. Pieter Backer
Gedoopt te Wervershoof op 4 oktober 1731 (zie VI.B.a.)

6. Crelis
Gedoopt te Wervershoof op 24 december 1733 (zie VI.B.b.)


Naam

Claas Dircksz Struijver werd ook wel Claas Lieves genoemd, maar waar die naam Lieves vandaan komt of naar verwijst is vooralsnog in nevelen gehuld. In Medemblik was er een geslacht Lieves, waarvan de leden reeds sinds 1575 in het stadsbestuur zetelden en die zich vanwege hun status ook op z'n Latijns Livius noemden. Een relatie met deze familie is echter niet erg waarschijnlijk.

Daarnaast woonde in 1642 ene Pieter Dircksz Lievis aan de Noorderdijk onder Lutjebroek. Zijn in 1650 geboren zoon Dirk heette eveneens Lievis. Mogelijk dat er met deze personen wel een of andere verwantschap bestond, want de zoon van zijn dochter Cornelisje en haar man Cornelis Jacobsz heette opvallend genoeg Jacob Cornelisz Struijver.

Financiën

Bij de herziening van de Verponding in 1733 werd de huurwaarde van het huis van Claas Dircksz Struijver vastgesteld op 27 gulden per jaar en kwam de belasting uit op ƒ 2,5,- (voorheen ƒ 3,-,-). Claas Lieves trouwde en werd begraven in de belastingklasse van 3 gulden.

Op 24 maart 1738 stelden de weesmeesters van Medemblik op verzoek van Lijsbeth Pieters Jan van Doornik, mr. chirurgijn, en Maarten Coster, beide te Wervershoof, aan als voogden over de 5 kinderen van wijlen Claas Lieves. Op 4 april 1738 ging Lijsbeth Pieters met deze voogden een zogeheten akte van bewijs aan (zie hieronder).

Eén van de genoemde voogden was Maarten Jacobsz Coster alias Molenaar, die uit Wervershoof stamde, maar molenaar werd aan de Wijzend onder Hoogkarspel. Zijn dochter Trijn trouwde met Cornelis Jansz Koopman, genaamd "de rijke", een kleinzoon van Cornelis Pietersz Coopman, de broer van Marij Pieters Laen en tevens de grootvader van Reinoutje Koopman, de vrouw van Cornelis Koop (1812-1870).

Nalatenschap

Nadat Claas Dirksz Struyver in augustus 1736 op slechts 37-jarige leeftijd was overleden hertrouwde Lijsbeth Pieters op 15 april 1738 met Jan Remmentsz. Kort tevoren had zij, als "weduwe van Claas Lieves", bij notaris Pieter van der Wolff in Medemblik een zogeheten akte van bewijs laten opstellen, waarin zij elk van haar vijf kinderen een bedrag van 100 gulden toedeelde ter voldoening van hun vaders erfdeel. Voorts beloofde zij "haar kinderen burgerlijk op te voeden en groot te maken en voorts van al 't nodige te voorzien tot de ouderdom van 18 Jaren."*

Tegelijk met de akte van bewijs stelde ze samen met haar aankomende echtgnoot Jan Remmentsz een huwelijkscontract op waarin werd bepaald dat mochten zij samen geen kinderen krijgen, elk van beide zijn eigen vermogen zou behouden. Jan Remmentsz ging klaarblijkelijk bij Lijsbeth Pieters in huis wonen, want in het contract staat dat hij alleen "sijn aantrekkende kleederen van linnen en wollen, silver en gout tot sijn lijf behorende" meebracht.*

Nadat in november 1741 ook Lijsbeth Pieters was overleden, maakten haar erfgenamen op 24 juni 1754 bij notaris Wigger van der Wolff in Medemblik een boedelscheiding van de erfenis die tot dan toe onverdeeld in bezit was gebleven van Jan Remmentsz.* Deze erfenis bestond uit:

- Een huis en erf te Wervershoof
- 1/3 deel in de Ruijge Lambert van Meyndert Aarsz.
- Een akker in de Ruijge Lambert van Jaap Meijndersz.
- 1/6 en 13/56 deel in Walingsland van Dirk Struyver en C. Koopman
- Een akker in de Vale Camp van Pieter Schoenmaker
- 1/2 van 5/14 in Walingsland van Pieter Ewoutsz.
- "een weynig Inboel, boer en bou gereedschap, koeyen en ander vee, en eenige schulden en lasten des boedels."

In de akte kregen Jan Remmentsz en zijn dochtertje Trijn Jans uit zijn huwelijk met Lijsbeth Pieters elk 1/8 deel van deze nalatenschap toegewezen en Pieter Claasz Bakker, Cornelis Claasz (Coopman) en Anna Claas, zijnde de kinderen uit het huwelijk van Lijsbeth Pieters en "Claas Struyver", elk 1/4 deel. De drie laatstgenoemde erfgenamen kregen bovendien elk nog een bedrag van 30 gulden, dat reeds uitbetaald was.*

Tezamen bewijzen deze drie notariële aktes dat Claas Struyver ook wel Claas Lieves genoemd werd en dat zijn twee zonen Pieter Claasz Bakker en Cornelis Claasz Coopman heetten - een goed voorbeeld van hoe sterk achternamen in die tijd nog konden variëren.




- Tak D -


V.D.a. PIETER JACOBSZ COOP

Waard bij de binnenwijzender sluis onder Westwoud

Zoon van Jacob Pietersz Coop en Trijntje Pieters Croonenburg (zie IV.D.b.)
Geboren te Binnenwijzend onder Westwoud ca. 1704
Begraven te Westwoud op 30 mei 1753 (ca. 50 jr.)

Gehuwd aldaar op 16 mei 1728 met:
Marij Jacobs Groot
Weduwe van Binnenwijzend
Begraven te Westwoud op 18 maart 1755

Kinderen uit dit huwelijk:

1. Trijntje
Begraven te Westwoud op 11 juli 1730

2. Jacob
Begraven te Westwoud op 29 juli 1732

3. Jacob
Begraven te Westwoud op 5 juli 1736

4. Jacob
Gedoopt (RK) te Westwoud op 24 april 1734

5. Lijsbeth
Gedoopt te Westwoud op 26 december 1741


In een notariële akte van 2 april 1744 wordt hij Pieter de Waart genoemd, maar ondertekent hij met "Pieter Jacobsz koop".*

Zowel bij zijn huwelijk als bij het begraven van zijn kinderen viel hij voor de impost in de categorie van 6 gulden. Dit wijst erop dat hij niet onvermogend was: deze categorie gold namelijk voor mensen met een jaarinkomen tussen de 200 en 400 gulden of een vermogen van tussen de 2000 en 6000 gulden.

Uit de doop van zijn kinderen blijkt dat Pieter katholiek was. Omdat katholieken uit Binnenwijzend onder de kerkelijke statie Westwoud vielen, zijn de kinderen van Pieter Jacobsz Coop en uiteindelijk ook hijzelf aldaar begraven.




Vervolg: Generatie VI



P.J.F. Koop © juli 2004


.